Borstvoeding na keizersnede

Het is heel goed mogelijk om na een keizersnede uw kindje borstvoeding te geven. Het duurt soms wel wat langer voor het voeden van het kindje lukt.

Na de keizersnede beweegt u de eerste 1 à 2 dagen minder makkelijk. Het kan een uitdaging zijn om een goede houding voor borstvoeding te vinden. Vraag een verpleegkundige in de volgende situaties om hulp:

• Uw baby geeft aan te willen drinken. Dit doet het bijvoorbeeld door smakken, zoekbewegingen, zuigen op de handjes. U krijgt dan hulp om de baby aan de borst te leggen.
• Uw baby laat de borst los en het lukt niet om de baby opnieuw aan te leggen.
• Uw baby is klaar met drinken.

Huid-op-huidcontact is belangrijk om te zorgen dat de borsten melk aan gaan maken. 

Na de geboorte wordt de baby zo veel mogelijk bloot op uw borst gelegd. Dit mag zo vaak en zo lang als uzelf kunt en wilt.

Door de gevolgen van een keizersnede kan het voorkomen dat de melkproductie langzamer op gang komt. Dit kan komen omdat uzelf nog extra energie nodig heeft voor het herstel. Daarnaast kunnen er redenen zijn waardoor de baby minder vaak aan de borst gaat. 

Om extra melk aan te maken, kunt u na het aanleggen met de hand kolven. De druppeltjes melk kunt u dan gelijk aan de baby geven. U kunt in het ziekenhuis ook elektrisch kolven. Hierover leest u meer op de pagina Kolven(undefined/behandelingen/kolven/).

Meer informatie over het geven van borstvoeding na een keizersnede leest u op de website van Borstvoedingsorganisatie La Leche League(https://www.borstvoeding.nl/voorbereiden-op-borstvoeding/keizersnede/).