Meestal komt snurken door een te nauwe overgang van de neusholte naar de keelholte. Dit is de ruimte achter het zachte gehemelte en de huig. Een mogelijke behandeling is het stijver maken van de huig en het zachte gehemelte. Dit heet gecontroleerde littekenvorming en wordt gedaan met radiofrequente warmtetherapie, ook wel RFITT genoemd. Dit staat voor Radiofrequente Intermitterende Thermotherapie.
Heel soms ontstaat het snurken aan de achterzijde van de tong of het strottenklepje. Dan kan het verwijderen van een stuk van het achterste deel van de tong een oplossing zijn. Van beide operaties zijn resultaten op lange termijn nog niet bekend.