Stabilisatie van de schouder (Bankart Repair)

Een instabiele schouder betekent dat de kop van de bovenarm niet goed voor de kom blijft zitten. Soms schiet hij helemaal uit de kom (luxatie of ontwrichting), of hij schiet gedeeltelijk uit de kom en weer terug (subluxatie). Als dit het gevolg is van een ongeluk, kan er een beschadiging ontstaan in de schouder. Die beschadiging zorgt er weer voor dat de schouder vaker (gedeeltelijk) uit de kom kan schieten.

Afdeling

Orthopedie

Lees meer

Behandeling

Is uw schouder helemaal uit de kom, dan wordt hij teruggeplaatst (reponeren). Vaak gebeurt dat op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) van het ziekenhuis. Gaat uw schouder regelmatig bijna uit de kom – maar schiet hij weer terug – dan krijgt u eerst fysiotherapie. U krijgt oefeningen om de coördinatie te verbeteren en de spieren sterker te maken. Vaak verdwijnen de klachten daarmee. Dit geldt ook voor mensen die extreem lenige gewrichten hebben (laxiteit of hypermobiliteit).

Als de behandeling zonder operatie niet helpt, kunt u geopereerd worden. Zo’n operatie heet een stabiliserende schouderoperatie (Bankart Repair).Een operatie heeft vooral zin bij mensen met een instabiele schouder na een ongeluk. Mensen die extreem lenig zijn (hyperlaxiteit of hypermobiliteit), hebben na een operatie grote kans op herhaling van de klachten. Voor hen is de spierkracht en de coördinatie van de spieren belangrijk. Fysiotherapie en sporten kan daarbij helpen.

Er zijn twee  manieren van opereren. Via een kijkoperatie (artroscopie) of een open procedure:

  • Het afgescheurde labrum wordt weer vastgezet. Daarmee blijft de kop beter in de kom. Deze operatie heet Bankart repair.
  • Het gewrichtskapsel wordt ingekort. Het kapsel wordt wat strakker gemaakt. Dat maakt het schoudergewricht weer steviger. Deze operatie heet een cupsulair shift.

In ZR wordt middels de open procedure geopereerd. De meeste mensen blijven 1 nacht in het ziekenhuis.

Na behandeling

Na deze ingreep draagt u de arm voor zes weken in een shoulder immobiliser. Tot die tijd mag u geen actieve bewegingen met de schouder maken. U doet deze alleen af tijdens het oefenen, douchen en aan- en uitkleden. Wel krijgt u van de fysiotherapeut passieve oefeningen en wordt uitgelegd hoe u de hand, pols en elleboog soepel kunt houden zonder dat dit schadelijk is voor de schouder.

Houd er rekening mee dat u een aantal weken na de operatie niet mag autorijden en fietsen. Wanneer u weer aan het werk kunt hangt af van het soort werk dat u doet. Bespreek dit met uw bedrijfsarts (of Arbo-arts). Het herstel duurt 3-6 maanden. Na 6 maanden kunt u in het algemeen weer beginnen met sporten, afhankelijk van de sport die u bedrijft.

Lees voor meer informatie de folder 'Stabilisatie van de schouder'.

Contact

Mocht u na het lezen van deze informatie nog vragen hebben, dan kunt u de orthopedisch consulente bellen. 

  • Orthopedieconsulent telefonisch spreekuur (0344) 67 46 76 - maandag tot en met vrijdag tussen 11.00 en 12.00 uur