Slikstoornis

U gebruikt uw mond om te praten, maar ook om te eten en drinken. Soms verandert er iets aan de structuur van de mond, de keel of het strottenhoofd. Of er ontstaan problemen in de aansturing van de spieren in dit gebied. Daardoor kan het slikken minder goed gaan. Er is dan sprake van een slikstoornis.

Hoe verloopt slikken normaal?

In onderstaande afbeelding ziet u de zijkant van een gezicht. Hierin ziet u welke onderdelen een rol spelen bij het slikken.

Doorsnede hoofd met onderdelen die een rol spelen bij het slikken: de tong, het gehemelte, de keelwand, het strottenklepje, de slokdarmingang, de stembanden en de luchtpijp.

Het slikken bestaat uit 4 fasen:

  • Fase 1: u neemt een hap of een slok. Als dat nodig is kauwt u die fijn. 
  • Fase 2: uw tong beweegt de hap of slok richting de keel. Het gehemelte sluit de opening naar de neusholte af. 
  • Fase 3: de slikreflex start: het strottenklepje sluit de luchtpijp af. Daarnaast sluiten de stembanden als extra bescherming voor de longen. De slikreflex verloopt automatisch.
  • Fase 4: de hap of slok komt via de slokdarm automatisch in de maag terecht.

afbeeldingen van de 4 fases van het slikken

Bekijk voor meer informatie de video 'hoe werkt slikken':

 

Bron: MUMC+

Symptomen

Bij een slikstoornis heeft u moeite met het kauwen en/of slikken van eten en/of drinken. Een slikstoornis herkent u aan: 

  • Verslikken: keelschrapen/hoesten tijdens of na het eten/drinken;
  • Een borrelige stem na het eten/drinken;
  • Het kauwen is vermoeiend;
  • Voedselresten blijven in de mond achter;
  • Het eten/drinken loopt uit de mond.

Bekijk de video voor meer informatie over wat er gebeurt bij verslikken:

 

Bron: MUMC+

Risico's van verslikken

Bij verslikken komt eten of drinken in de luchtpijp en kan het in uw longen komen. Hierdoor kunt u stikken in uw eten. Ook kunt u een longontsteking krijgen.

Oorzaken

De oorzaken van verslikken kunnen zijn: 

  • Een verminderde spierkracht in de mond en/of keel;
  • Een verminderd gevoel in de mond en/of keel;
  • Een verminderde aansturing van de spieren in dit gebied. 

Bovenstaande problemen kunnen onder andere voorkomen als gevolg van:

  • Een herseninfarct of hersenbloeding;
  • (Tijdelijke) vermindering van spierkracht door bijvoorbeeld een spierziekte, ouderdom of afname van de algehele conditie;
  • Een progressieve ziekte, zoals de ziekte van Parkinson, MS en dementie.

Wat kunt u zelf doen?

  • Ga goed rechtop zitten als u eet of drinkt; 
  • Neem per keer een kleine hap/slok;
  • Drink uit een normale beker. Het drinken met een rietje of uit een tuitbeker vergroot de kans op verslikking; 
  • Slik het eten of drinken eerst door voordat u gaat praten.

Komt u op bezoek bij iemand met een slikstoornis? Overleg dan altijd eerst met de verpleging of iemand iets mag eten of drinken.

Hoe helpt de logopedist?

De logopedist onderzoekt hoe het eten en drinken gaat en bekijkt hoe u veilig kunt eten en drinken. Daarnaast legt de logopedist uit hoe u het kauwen en slikken kunt aanpassen. Zo verkleint u de kans op verslikken. Als het nodig is, wordt uw voeding aangepast. Bij ernstige slikproblemen is soms (aanvullend) sondevoeding nodig. 

Meer informatie over de oorzaken, gevolgen en behandelmogelijkheden van een slikstoornis leest u op: Moeilijkslikken.nl(https://www.moeilijkslikken.nl/)

Bent u op zoek naar recepten voor mensen die moeilijk slikken, kijk dan op: Datisevenslikken.nl(https://datisevenslikken.nl/)

Deze informatie is gebaseerd op de informatie op logopedie.nl.