Pleurapunctie

Een pleurapunctie is een onderzoek om na te gaan of er vocht tussen de longvliezen (pleurabladen) aanwezig is. Als dit het geval is, wordt gekeken van wat voor vocht dit is (diagnostische pleurapunctie).
Ook kan de pleurapunctie toegepast worden als een behandelingsmethode, bijvoorbeeld wanneer een vochtophoping de long in verdrukking brengt en zo kortademigheid veroorzaakt. Door middel van een naald wordt dit vocht dan weggenomen (ontlastende pleurapunctie).

Voorbereiding

Vervoer

Het kan voorkomen dat u na het onderzoek wat duizelig bent, daarom is het prettig dat u, als het mogelijk is, iemand meeneemt die u naar huis kan begeleiden.

Eten en drinken

U mag voor het onderzoek gewoon eten en drinken.

Medicijnen

Tijdens het voorgesprek heeft u met de arts besproken welke medicijnen u gebruikt. Het is belangrijk dat u in het gesprek heeft vermeldt of u bloedverdunners gebruikt. Uw medisch specialist bespreekt dan met u wat u moet  doen met uw antistollingsmedicatie (bloedverdunners). Stop nooit naar eigen inzicht met het gebruik van bloedverdunners maar overleg dit eerst met uw behandelend arts.

Het onderzoek

In de onderzoekskamer neemt u plaats op de rand van het bed met een ontbloot bovenlijf. U neemt met behulp van een kussen onder u armen een gebogen houding aan. 

Indien nodig bekijkt de longarts met een echoapparaat waar het vocht zich precies bevindt. 

Verdoving

Bij een diagnostische pleurapunctie (onderzoek waarbij het vocht door middel van een punctie onderzocht wordt) wordt geen verdoving gegeven. U hoeft hierdoor maar een keer geprikt te worden. 

Bij een ontlastende pleurapunctie (behandeling waarbij overtollig vocht wordt weggenomen) geeft de longarts u een injectie die de huid en het longvlies verdooft op de plaats waar de punctie gedaan zal worden. Dit is meestal aan de rugzijde, tussen de ribben. De injectie voelt aan als een ‘gewone ‘bloedprik’. Het vervolg van het onderzoek is door deze verdoving meestal pijnloos. Soms kunt u tijdens het onderzoek last krijgen van een hoestprikkel. 

Punctie

De longarts staat bij deze ingreep meestal aan uw rugzijde en brengt een naald in tussen twee ribben tot in de holte tussen de twee longvliezen (de pleuraholte). Via de punctienaald verwijdert de arts het eventueel aanwezige vocht. Soms wordt dit vocht opgestuurd voor nader onderzoek. De arts trekt vervolgens de naald terug en plakt een pleister op het wondje.

Tijdsduur

De ingreep duurt ongeveer 5 tot 10 minuten, soms wat langer wanneer langzaam veel vocht moet worden afgezogen. Afhankelijk van wat uw arts aangeeft, worden er nog röntgenfoto’s gemaakt om het effect van de pleurapunctie goed te kunnen beoordelen

Na het onderzoek

Na het onderzoek is het verstandig om 30 minuten rustig aan te doen.
Daarna kunt u de normale activiteiten hervatten

Complicaties

Het komt zelden voor, maar het kan voorkomen dat er wat lucht 
tussen de longvliezen komt. In dat geval wordt u voor een dagdeel ter observatie opgenomen op de longafdeling. Er wordt dan op de röntgenafdeling een longfoto gemaakt.

Contact opnemen

Indien u thuis na het onderzoek last krijgt van de volgende klachten:
• koorts
• benauwdheid
• duizeligheid

Neemt u dan contact op met de polikliniek Longgeneeskunde. Buiten 
werktijden neemt u contact op met de Spoedeisende Hulp(https://ziekenhuisrivierenland.nl/afdelingen/spoedeisende-hulp-seh/)

De uitslag

De uitslag van het onderzoek krijgt u via de arts die het onderzoek heeft aangevraagd.